donderdag 28 januari 2021

rubriek: ,

Erik's verhaal

illustratie Camille Breukhoven
Erik is jarig vandaag. Dat kun je zien aan de kleurige narrenmuts met de kwastjes die hij draagt; dat is namelijk zijn verjaardagsmuts.

Hij gaat ons, zoals beloofd, een verhaal vertellen over Kabouter Plop. Drie vriendjes dansen wild om hem heen terwijl hij op een kruk voor de klas zit. Dat gedans draagt niets bij aan het verhaal, maar zonder zijn vriendjes durft Erik het verhaal niet te vertellen.

Als hij iets zegt fluistert hij bijna. Daarom kan niemand hem verstaan en roepen we allemaal: ‘Harder!!!’

Hij zet zijn luidste stem op:

‘Ik was met mijn ouders in Zeeland op vakantie en toen gingen we een Kabouter Plop-dans doen. Er waren nog meer toeristen die mee wilden doen, maar die moesten daar wel € 5 voor betalen.

Daarna gingen we naar de supermarkt en daar zagen we Kabouter Plop die zich op de groenteafdeling verstopt had tussen de kroppen sla.

Vader wilde geen kabouters in zijn sla dus hij trok hem aan zijn jasje omhoog en zette hem op de grond. Dat vond Kabouter Plop eigenlijk niet zo leuk. Hij klom snel weer omhoog langs de groentekistjes met de exotische groenten tot hij uitkwam bij de kokosnoten. Toen tilde hij een kokosnoot op met alle kracht die hij in zijn kleine armpjes bezat en probeerde hem naar het hoofd van mijn vader gooien. Maar de kokosnoot was zo zwaar dat hij uit zijn hand rolde, bovenop de dikke buik van de personeelschef die was afgekomen op het tumult dat was ontstaan op de groente-afdeling.

Nu waren de rapen gaar. ‘Wij willen geen kabouters in onze winkel!’ schreeuwde de chef tegen Kabouter Plop. ’Anders zien wij ons genoodzaakt om de politie te bellen!’

Wat gek, dat zo’n man de hele tijd ‘wij’ zegt, dacht Kabouter Plop, alsof hij praat voor de hele winkel. ‘Prima, bel de politie maar,’ zei hij, want hij wist iets wat geen van de volwassen mensen wisten namelijk dat Kabouters zich onzichtbaar kunnen maken als ze dat willen. ‘Ik hou van appels, peren, bananen, komkommers en radijsjes, dus jullie krijgen mij hier niet meer weg!’

De personeelschef liep rood aan van woede om zoveel brutaliteit en pakte zijn mobiel om de politie te bellen. ‘Ja, u hoort het goed, ik heb het hier over een Kabouter die onze winkelgasten bedreigd met een kokosnoot!’ zei hij tegen de politie. ‘Dus dat gelooft u niet? Nou, ik zou zeggen: Komt u zelf maar kijken! En vergeet de handboeien en wapenstokken niet mee te nemen, want dit is geen kabouter om zonder handschoenen aan te pakken!’

Plop lachte in zijn vuistje. Natuurlijk kon de politie hem niet vinden toen zij op de groenteafdeling gingen zoeken. De agenten haalden hun schouders op dat ze in de mooie praatjes van de personeelschef getrapt waren. Zelfs mijn vader, die de Kabouter toch zelf gezien had, dacht nu dat hij alles maar verzonnen had.

Maar onze kleine Erik (alias Tommie) die voorin het winkelwagentje had gezeten en alles had gezien wist wel beter.

Dus lieve kinderen als jullie een Kabouter zien in de supermarkt of waar dan ook, vertel niets aan jullie ouders, want zij geloven het toch niet. Denk gewoon: Goh, wat bijzonder dat deze Kabouter zich speciaal voor mij zichtbaar heeft gemaakt. Knipoog naar hem en zwaai even met je pink, zodat hij weet dat je hem gezien hebt.

De volgende keer gaan we verder over Kabouter Plop die naar Amerika reisde en waarom.