Je mag niet bijten
Op het moment dat ik langs het toegangspoortje loop en twijfel of ik ook even in de speeltuin zal gaan zitten, komt er een boze vader met een krijsende peuter buiten het hek staan. Ik vang op dat de peuter heeft gebeten. Niet in een appeltje maar in een ander kind. De vader zet hem buiten de speeltuin en blijft bij hem. Het schijnt niet de eerste keer te zijn dat dit gebeurt. De peuter brult. Het jongetje krijgt te horen dat hij niet mag bijten, dat hij daarmee andere kindjes pijn doet en dat ze daarom uit de speeltuin gaan.
Echt nooit meer?
De peuter snikt en snikt. Hij wil graag weer in de speeltuin. ‘Zal je het dan niet meer doen, nooit meer?’ vraagt de vader. ‘Echt nooit meer?’ Hij krijgt van zijn zoontje te horen dat hij het niet meer zal doen. Al doorwandelend vang ik nog op: ‘Dat heb je al vaker beloofd maar dan doe je het toch weer.’ Bijten komt als het goed is niet vaak voor in de basisschoolleeftijd maar gedrag van kinderen dat we niet meer willen zien is er genoeg. Laat jij kinderen beloven dat ze het niet meer zullen doen? Het is een goed bedoelde vraag. De uitvoering blijkt echter erg moeilijk. Dat heb je vast gemerkt.
Hoe komt het dat we deze vraag stellen?
Hoe komt het dat we denken dat een jong kind in staat is om volledige emotie- en gedragscontrole te hebben? Dat het de toekomst kan overzien en beloftes kan doen en zich daar ook aan kan houden. Wat denk jij? O ja, ik heb nog een vraag aan jou. Deze vader laat doorschemeren dat hij geen vertrouwen in het toekomstige gedrag van zijn peuter heeft. Daarmee ontkracht hij alles wat hij daarvoor van zijn kind heeft gevraagd. Zonde van zijn tijd en energie. Zie jij de zin die alles ontkracht?