In de klas gaat Henk met wat gras het doosje in dat een klein beetje open blijft staan zodat hij nog net kan ademen. Alle kinderen komen even langs om te kijken naar hem. Josje bedenkt dat hij wel eens dorst zou kunnen hebben en probeert druppels water in het doosje te doen. Ik hou mijn hart vast.
‘Dames, zullen we Henk gaan bevrijden, voordat de juf komt?’ Ik open alvast het raam. Ze nemen het zekere voor het onzekere en openen het doosje. Na een lichte aarzeling, vanwege het lichtbad waaraan hij plotseling wordt blootgesteld, slaat hij zijn vleugels uit. ‘Dag Henk, pas je een beetje goed op jezelf? We zullen je altijd aan je blijven denken!’ roepen we achter hem aan.
Als de juf binnenkomt doen we alsof er niets gebeurd is.