Bij deze wil ik benadrukken dat elk kind uniek is. De wijze waarop een kind met ASS last heeft van eventuele problemen is per individu verschillend.
Ik-gericht
Kinderen met ASS communiceren vooral vanuit ‘ik’. Ze zijn vooral gericht op hun eigen verhaal en hierdoor is er minder sprake van wederkerigheid. Een gevolg hiervan is dat ze moeite kunnen hebben met het gebruik van de woorden ‘ik’ en ‘jij’. Ook begrijpen ze het gedrag van mensen om hen heen niet goed. Maar wat doe je hiermee als TSO-medewerker?
Afstemming
Zorg voor afstemming door duidelijke regels te stellen. Wanneer mogen de kinderen van tafel? Mogen ze tijdens het eten naar de w.c.? Hoe hard mag er gepraat worden? Je kunt de regels eventueel visualiseren door gebruik te maken van pictogrammen.
Contact maken
Geef het kind eerst de gelegenheid om zijn eigen verhaal te doen. Dan pas is het in staat om te luisteren naar jou. Kinderen met ASS zoeken meestal alleen contact als zij hier behoefte aan hebben. Probeer dit dus niet af te dwingen.
Oogcontact vermijden
De meeste kinderen met ASS vinden het lastig om tijdens een gesprek veel oogcontact te maken. Wanneer je dit bij het kind merkt is het raadzaam om zelf ook minder oogcontact te zoeken. Het kan zijn dat het kind anders te veel prikkels krijgt.
Non-verbale communicatie
Ook non-verbale communicatie is voor kinderen met ASS ontzettend ingewikkeld. Doordat ze de uitdrukkingen van anderen vaak niet begrijpen zullen zij ze zichzelf ook niet snel eigen maken. Hierdoor hebben veel kinderen met ASS een vlakke gezichtsuitdrukking. Het kan helpen om je eigen mimiek te ondertitelen, door bijvoorbeeld te zeggen “Ik ben nu boos.”
Een heel fijn boek met meer informatie over communicatie bij ASS-leerlingen is ‘Geef me de 5‘ van Colette de Bruin. Een ander interressant boek over communicatie met kinderen in het algemeen is ‘Luister je wel naar mij‘ van Martine Delfos.