maandag 14 december 2015

rubriek: ,

Troosten tijdens de TSO

Ik denk dat je in het TSO-werk geregeld een kind zult troosten. Afhankelijk van de leeftijdsgroep waarmee je werkt zal het meer of minder vaak voorkomen.

Ruimte bieden voor verdriet


De meeste mensen reageren impulsief op verdriet bij een ander. Je wilt het zo snel mogelijk wegnemen. Je bedoelt het goed. Weet je dat kinderen zich meer begrepen voelen als je juist ruimte biedt voor verdriet? Een kind kan bijv. verdrietig zijn als:
  • het zich heeft bezeerd
  • het zich onmachtig voelt
  • het iets niet eerlijk vindt.

Wat kan je doen?


  • Erken het verdriet. Het mag er zijn.
  • Je kunt bijv. zeggen: Je bent heel verdrietig. Ik zie het! of Volgens mij heb jij je pijn gedaan.
  • Wees dan stil en luister naar wat het kind zegt. Je hoeft niet bang te zijn dat het verdriet erger gaat worden. Een kind voelt zich juist meer begrepen!
  • Houd een jonger kind even vast als je merkt dat het dat wil.
  • Sla een arm om de schouder van een ouder kind als je merkt dat dit mag.
  • Geef ruimte voor het verdriet.
  • Mocht het huilen lang aanhouden vraag het kind dan wat hem helpt om minder verdrietig te zijn. Kinderen hebben zelf vaak geweldige oplossingen.

Wat kan je beter niet doen?


  • Zeg niet dat het allemaal wel mee valt. Je weet niet wat er in het kind omgaat.
  • Gelijk een snoepje of sticker geven tegen de pijn.
  • Direct met jouw oplossing komen.

Neem verdriet serieus


Soms kan een kind flink huilen om iets wat in jouw ogen een kleinigheid is. Vaak is er dan sprake van opgespaard verdriet of spanning en is het huilen een uitlaatklep. Neem het verdriet daarom altijd serieus.

Merk je dat een kind vaak of lang verdrietig is tijdens de TSO, bespreek dit dan met de leerkracht of tso-coördinator. Soms is er meer aan de hand. Bepaal met elkaar wat jullie reactie naar het kind zal zijn.

Veel succes in de TSO!