Plagen of pesten?
Het is belangrijk dat je weet dat er een verschil is tussen plagen en pesten. Plagen is meestal onschuldig. Het gebeurt zonder dat er over na wordt gedacht. Plagen is gelijkwaardig. Daar bedoel ik mee dat het zich afspeelt tussen gelijken. Wie welk kind plaagt ligt niet vast. Het is van korte duur. Het kind blijft opgenomen in de groep. Pesten is ongelijkwaardig. Het is berekenend, langdurig en systematisch. Met het gevolg dat een kind zich enorm angstig en eenzaam kan voelen.
Dit kan je doen
- Misschien schrik je. Probeer rustig te blijven
- Neem even de tijd voor dit kind
- Vraag wie het doen
- Vraag wat er precies gebeurt
- Vraag wanneer het gebeurt en of het al lang aan de gang is
- Geloof het kind, maak het niet kleiner
- Erken zijn emoties
- Vraag wat het kind nodig heeft om zich veilig te voelen
- Vraag of de juf of meester het weet
- Geef het kind een compliment dat hij het jou heeft vertelt
Contact met leerkracht
Vertel de leerkracht (eventueel via de TSO coördinator) wat je te weten bent gekomen. Vraag of hij/zij het pesten ziet en wat hij/zij er mee doet. Bespreek of het kind risico loopt omdat het verteld heeft dat het wordt gepest? Vraag na bij de leerkracht wat jij tijdens de TSO kunt doen. Maak een afspraak wanneer jullie nog een keer overleggen over hoe het met het kind gaat.
Dit kan je beter niet doen
- Zeggen dat het kind het wel uitgelokt zal hebben
- Zeggen dat hij er tegenin moet gaan
- Zeggen dat het de pesters uit de weg moet gaan
- Zeggen dat het kind moet terugslaan. Als hij dit kon had het dat al lang gedaan. Blijkbaar is dit juist moeilijk voor het kind!
- Overstelpen met allerlei goed bedoelde adviezen
- Zeggen dat het vanzelf wel weer over gaat
- Het kind te veel gaan beschermen
Deze reacties geven het kind weinig steun. Je doet op deze manier, zonder dat het je bedoeling is, een aanval op het al beschadigde zelfvertrouwen van het kind.
